Vlaamse reus
Flemish giant
Oryctolagus cuniculus f. domestica
Een heel groot huiskonijn.
De Vlaamse reus is een ras van het huiskonijn (Oryctolagus cuniculus f. domestica). Hij heeft zijn naam te danken aan twee feiten. Het eerste feit is dat hij oorspronkelijk uit Vlaanderen komt, dat is een van de drie gewesten van België. (De andere twee gewesten van België zijn Wallonië en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.) Het tweede feit is zijn voor huiskonijnen enorme grootte. De Vlaamse reus is het grootste huiskonijnenras ter wereld. Het huiskonijn is de gedomesticeerde variant van het Europese konijn (Oryctolagus cuniculus). Het Europese konijn wordt vaak kortweg “konijn” genoemd. Maar het huiskonijn wordt ook vaak “konijn” genoemd. Die twee praktijken leiden vaak tot naamsverwarring tussen het huiskonijn en het Europese konijn. Om die naamsverwarring te helpen voorkomen bestaan dus eveneens de namen “huiskonijn” en “Europees konijn”. Als huiskonijnenras bestaat de Vlaamse reus sinds ongeveer 1850. Hij werd door middel van fokkerij gecreëerd in de Vlaamse stad Gent.
Van oorsprong is hij gefokt voor zijn vlees en vacht. De Vlaamse reus is vaak gebruikt voor het creëren van nieuwe huiskonijnenrassen door het samen met andere huiskonijnenrassen te kruisen. Zodoende is hij van veel huiskonijnenrassen een voorouder. Een voorbeeld daarvan is de Belgische haas (ondanks het woord “haas” is de Belgische haas een huiskonijn, en geen haas). Om ervoor te zorgen dat de Vlaamse reus als huiskonijnenras in haar huidige vorm zou blijven voortbestaan, schreven en publiceerden huiskonijnenliefhebbers in 1893 de allereerste officiële rasstandaard voor dat ras. Sinds de 1960’er jaren is de Vlaamse reus ook populair als showdier op huiskonijnenshows. Op huiskonijnenshows zijn Vlaamse reuzen en andere huiskonijnenrassen tentoongesteld. Zodat bezoekers hun uiterlijk kunnen bekijken. Sinds de 1960’er jaren is de Vlaamse reus in de hele wereld ook (en vooral) populair als huisdier. En voor houderij op kinderboerderijen.
De Vlaamse reus is lang en gespierd. Bij alle konijnensoorten en huiskonijnenrassen heet het mannetje een rammelaar, het vrouwtje een voedster en het jong een lamprei. (In de biologie is “lamprei” ook een naam voor verschillende soorten kaakloze vissen. Die kaakloze vissen heten ook “prikken” en “negenogen”.) Bij de Vlaamse reus heeft de rammelaar in vergelijking met de voedster een breed en massief hoofd. De Vlaamse reus-voedster draagt onderaan haar kin een grote, volle plooi van huid. Die huidplooi heet een wam. Een Vlaamse reus heeft een modaal gewicht van 6-7,5 kg. Er zijn echter grotere Vlaamse reuzen, die een gewicht van 10 kg kunnen hebben. En er zijn individuen die qua grootte nog verder uitschieten. ’s Werelds grootste Vlaamse reus (en tegelijkertijd ’s werelds grootste huiskonijn van welk ras dan ook) heette Darius (2009-2021). En was 22 kg zwaar en 1,3 m lang.
De rammelaar bereikt de volwassen leeftijd op de leeftijd van 1,5 jaar. De voedster bereikt de volwassen leeftijd op de leeftijd van 1 jaar. Bij de Vlaamse reus bestaan er verschillende kleuren. Niet alle kleuren bij de Vlaamse reus zijn in elk land ter wereld officieel erkend. In Nederland zijn er bij de Vlaamse reus tien kleuren officieel erkend. Die kleuren zijn blauw (een soort grijs, geen echt blauw dus), blauwgrauw, blauwgrijs, chinchilla, geel (een soort lichtbruin, geen echt geel dus), haaskleur (ondanks de naam veel roder dan de vacht van de echte haas Lepus europaeus), ijzergrauw, konijngrijs, wit en zwart.